Chips zijn lekker. Snoepjes ook. En pindakaas. Dat zit op mijn boterham als ik naar school ga. Maar er zijn ook veel dingen in Jordanie die niet lekker zijn. Helemaal niet. Ze zijn juist vies.
Koffie bijvoorbeeld. Het lijkt op het water in de Jordaan. Het is bruin en het stinkt. Ik ga het echt nooit drinken.
De auto's in de stad zijn ook vies. Ik zie ze vanuit het raam door de straat rijden. Sommige auto's maken zwarte rookwolken. Die komen zo omhoog naar ons balkon. Die rook ruikt niet lekker. Gelukkig waait hij snel weer weg.
Soms stinkt het in ons huis ook een beetje. Dat komt omdat mijn emmer met luiers vol is. Dan knoopt papa of mama hem snel dicht en zet hem buiten de deur. Abu Mona komt hem dan ophalen. Hij brengt de zak naar een grote bak buiten op straat. Iedere dag komt er een vuilniswagen en die brengt hem weg.
Ik denk dat Abu Mona geen wasmachine heeft. Want zijn kleren ruiken ook een beetje vies. Er zitten ook gaten in. Hij is best arm. Al zijn verdiende geld stuurt hij op naar zijn familie. Die wonen in Egypte. Daarom heeft hij geen geld om nieuwe kleren te kopen.
Er is nog een ding dat echt heel vies is. Het is het allervieste van de hele wereld. En het zit heel vaak op mijn gezicht. Het komt erop omdat veel vrouwen mij een kus willen geven. Zomaar ineens. In een winkel. Op straat. Of op papa's werk. Dan geven ze zonder te vragen een kus op mijn wang. Dat is nog niet zo heel erg. Het allerergste is dat er een kleverige lipstick op mijn wang achterblijft. Die moet mama of papa dan weer eraf poetsen. Bah!
Ik wil dat dit niet meer gebeurt. Daarom heb ik een nieuw woord geleerd. Als er weer zo'n vrouw op mij afkomt, roep ik heel hard: No Kissing! Hopelijk blijven ze dan van mij af. Ze gaan maar gewoon hun eigen man een kus geven. En als ze naar me luisteren, zeg ik daarna heel lief: I love you too. Want dat heb ik ook pas geleerd.
No comments:
Post a Comment