Sunday, April 26, 2015

Vliegende pinguins


Gisteren zijn we op reis gegaan naar Jordanië. Met het vliegtuig. Dat wist ik al heel lang, want papa had al met mij geoefend. Hij vroeg steeds: 'Hoe gaan we naar Jordanië? Met het ...' En dan moest ik antwoorden: 'vliegtuig'. In het begin zei ik steeds 'auto'. Maar dat was volgens papa niet goed. Het moest echt 'vliegtuig' zijn en uiteindelijk ben ik dat maar gaan zeggen. Papa was er heel trots op.

We gingen met de auto naar Schiphol (dat bedoel ik...). Alle koffers lagen in de achterbak. Mijn apen zaten er ook in. Toen we uit de auto gingen, moesten we vreselijk lang lopen. Ik dacht dat we inmiddels in Jordanië waren aangekomen. Maar dat was niet zo. Volgens papa heette dit de incheckbalie. Ik had nog nooit van het woord gehoord. 

Bij die incheckbalie heb ik m'n ogen uitgekeken. Er stonden heel veel mensen met koffers op karretjes. Dat was op zich nog niet zo gek. Maar het aparte was dat de mannen in lange witte jurken liepen. Het zag er eigenlijk wel mooi uit, maar ik had nog nooit een man in een jurk gezien. De vrouwen hadden het koud denk ik, want ze hadden hun hoofd ingepakt met doeken. Ik kon nog net hun ogen zien.

Er zat een mevrouw in een rood pakje weggedoken achter een hoge balie. Haar hoofd was niet ingepakt. Papa gaf alle koffers aan haar en toen waren ze ineens weg. Ik was even bang dat ze ze gestolen zou hebben, maar ik kan melden dat ze inmiddels weer boven water zijn. Daarover later meer.

Op Schiphol heb ik nog een laatste knuffel gegeven aan de opa’s en oma’s en ook nog andere mensen die ons kwamen uitzwaaien. Toen zijn we het vliegtuig in gegaan. Het vliegtuig was erg vol. Dat is niet zo erg, maar wat ik wel oneerlijk vond is dat iedereen een eigen stoel kreeg, behalve ik. Ik moest bij papa of mama op schoot. Het is eigenlijk discriminatie, maar ik heb er verder geen werk van gemaakt.

Tijdens de vlucht liepen er steeds mensen door het vliegtuig die op pinguins leken. Ze duwden karretjes voor zich uit waarin eten zat. En dat deelden ze uit aan iedereen die honger had. Ik denk dat deze pinguins het eten liever zelf hadden opgegeten, want ze keken heel chagrijnig. Behalve toen ze bij mij kwamen. Toen moesten ze even lachen. En ze zeiden steeds dat ik zo ‘kjoet’ was. Ik heb geen idee wat het betekent. 

Na een tijdje mochten we het vliegtuig weer uit. Toen kwamen we in een groot gebouw en moesten we onze paspoorten laten zien aan een dikke meneer in een hokje. Hij keek best boos, maar gelukkig mochten we het land toch in. Daarna gingen we naar beneden en zagen we ineens onze koffers liggen op een grote zwarte band. We gingen naar buiten waar we werden opgewacht door een mevrouw en meneer die gelukkig wel aardig waren.

We hebben de koffers in hun auto gezet en zijn toen gaan rijden. Het was nog net licht, dus ik heb mooi even kunnen kijken hoe Jordanië eruit ziet. En ik kan zeggen: het viel niet tegen. Ik heb heel veel huizen met platte daken gezien. En er zijn overal heuvels. Met de ondergaande zon erbij zag het er best mooi uit. Bijna net zo mooi als Nederland.

Toen de zon net onder was kwamen we aan bij een gebouw. Dat wordt ons nieuwe huis. Iemand kwam ons helpen om de koffers te sjouwen. Dat was erg handig. We gingen met de lift naar boven en toen we daar aankwamen gingen we ons huis binnen. Wat er vanaf dat moment allemaal is gebeurd vertel ik in een volgende blog.

No comments:

Post a Comment