Wednesday, September 30, 2015

Mijn slaap is weg

Mama zegt dat vandaag mijn ogen moe zijn. En ik voel me ook niet echt uitgeslapen. Dat komt allemaal door afgelopen nacht. Ik heb vreselijk slecht geslapen. Normaal slaap ik aan een stuk door. Vannacht ging het allemaal anders. En ik weet niet hoe het komt.

Het begon gisterenavond al. Mama was naar Arabische les en papa ging mij op bed leggen. We hadden eerst nog een paar boekjes gelezen. Het was heel mooi. Ik wilde eigenlijk nog meer verhalen horen, maar toen zei papa dat het tijd was om naar bed te gaan. Ik wilde heel lief zijn, dus ik was het ermee eens. We zongen nog een liedje en toen ging ik liggen en deed papa het licht uit.

Maar ja, toen lag ik daar en ik had helemaal geen slaap. Ik heb het echt geprobeerd, maar kon gewoon niet slapen. Eerst heb ik even rechtop in m'n bed gezeten om daarover na te denken. Maar ik wist echt niet waardoor het kwam. Dus toen werd het tijd om mijn vader in te schakelen. Ik ben gaan staan en begon papa te roepen. Eerst kwam hij niet. Zo gaat het altijd. Maar ik weet dat hij na een tijdje toch wel komt. Zo ook nu. Maar hij was best wel streng en zei dat ik weer moest gaan slapen. Maar ik had geen slaap. 

Ik heb het nog een keer geprobeerd, maar toen heb ik papa weer erbij geroepen. Die kwam pas veel later en zijn gezicht stond nogal boos. Ik snap best dat het niet goed uitkomt dat ik niet kan slapen, maar ik kan er toch ook niets aan doen?

Later was mama weer thuis en die heeft ook met mij gepraat. Ik probeerde uit te leggen dat het beter was als ik uit bed zou gaan. Maar ik stuitte alleen maar op onbegrip. Na een tijdje heeft papa mij uit bed gehaald. Mijn slaapzak moest wel aanblijven. Het is een witte slaapzak en als je die aan hebt, is het best moeilijk om te lopen. Je moet dan je armen wijd doen om niet te vallen. Papa zei dat ik in die slaapzak net een engel leek. Hoe kun je boos zijn op een engel, dacht ik nog.

Uiteindelijk ben ik toch in slaap gevallen. Tot ongeveer 1 uur 's nachts en toen was ik weer klaarwakker. Mama is even langsgeweest en heeft mijn hond gegeven. Daar heb ik eerst een tijdje mee gespeeld, want al mijn slaap was verdwenen. Daarna kwam hij weer terug en ben ik weer gaan slapen.

Om zes uur was mijn slaap echt helemaal weg. Ik kan er ook niets aan doen. Papa kwam vertellen dat ik moest gaan liggen. Dat vond ik behoorlijk overdreven, want tussen de kieren van het luik door zag ik dat het al licht was. Maar hij ging toch weer weg en deed zelfs mijn deur dicht! Die staat altijd open voor een beetje frisse lucht. En nu liet hij mij daar gewoon liggen in een muffe kamer. Dat vond ik echt te ver gaan. Ik heb heel hard geroepen 'deur open ja'. En niet zomaar een keer, maar net zo lang totdat papa mij uit bed kwam halen. Zijn gezicht was niet zo vriendelijk. Ik snap het wel een beetje, want hij moest die nacht steeds zijn bed uit voor mij. Maar ik kan er ook niets aan doen dat ik geen slaap heb. En ik heb zo'n bed met spijlen waar ik niet zelf uit kan klimmen. Dus dan moet ik hem gewoon roepen.

Daarna zijn we opgestaan. Aan het ontbijt zat ik te gapen. Dat is vreemd, want 's nachts was ik niet moe en nu ineens wel. Papa en mama zagen er ook best moe uit. En ze waren ook niet helemaal in hun beste bui. Na het ontbijt kwam Lucy even langs. Zij is de onderbuurvrouw en ze vertelde dat ze mij 's morgens had horen roepen. Ze was er wakker van geworden. Dat is naar voor haar. Maar eigenlijk ligt het aan papa. Als hij die deur niet dicht had gedaan, had ik niet hoeven roepen. Als het nog eens gebeurt, kan hij beter direct komen. Ik weet alleen niet of dat gaat gebeuren. Want papa en mama zeiden net tegen elkaar dat ze dit niet weer zullen laten gebeuren. 'Volgende keer laten we hem nog langer liggen,' hoorde ik ze zeggen, 'anders maakt hij er een gewoonte van'.

Ze begrijpen gewoon niet dat het niet aan mij ligt, maar aan mijn slaap. 

Sunday, September 27, 2015

Heel veel vrede

Vandaag moest mama eerder weg bij het eten. Dat was omdat ze Arabische les heeft. Ze had eerst haar bord leeggegeten. Dat is natuurlijk wel eerlijk, want mijn bord moet ook altijd leeg zijn voor ik mag gaan spelen. Daarna ben ik samen met papa verder gaan eten. Het was best gezellig, want papa maakte bij elke hap een dierengeluid. Het grappigst is als hij een aap nadoet. Dat lijkt meer op een ezel, maar dat heb ik maar niet gezegd.

Mama heeft twee keer per week les van een oude mevrouw. In het begin kwam zij altijd hier thuis lesgeven, maar nu gaat mama ergens anders heen. De lerares heeft bruin haar. Ze draagt een grote zwarte bril met dikke glazen. Achterop haar hoofd heeft zij een knot en ik denk eigenlijk dat ze een beetje gierig is. Mama moet haar elke keer geld betalen voor de les.

Het is heel goed dat mama Arabisch leert. Want op straat praat iedereen Arabisch. En het is natuurlijk wel handig als je weet waar ze het over hebben. Ik versta het zelf ook al een beetje, want ik leer het op school. Ik speel vaak met Karim en Dana en zij praten altijd in het Arabisch tegen mij. Soms snap ik het niet gelijk, maar dan helpt juf Lima meestal wel even en dan begrijp ik het toch.

Als mensen in het Arabisch tegen elkaar praten, doen ze dat meestal heel hard. En het lijkt dan net of ze ruzie hebben met elkaar. Maar dat is niet zo, ze houden er gewoon van om een beetje te schreeuwen. Abu Mona praat altijd tegen mij in het Arabisch. Dan zegt hij 'ween Abu Mona?' Dat betekent: 'Waar is Abu Mona?' Ik vind dat best raar. Hij staat recht voor me en dan vraagt hij waar hij is. Nou ja, ik wijs toch altijd maar even naar hem want daar wordt hij altijd heel blij van. En dan ben ik ook weer blij.

Papa kan best goed Arabisch praten. Toen hij nog jong was heeft hij het geleerd in het land Egypte. En nu komt dat goed van pas. Iedere dag hoor ik hoe hij met de mensen op straat praat. Het klinkt niet helemaal hetzelfde als bij de andere mensen, maar ze begrijpen hem wel. En ze vinden het altijd heel leuk dat hij in het Arabisch tegen hen praat. Soms zien mensen er een beetje boos uit, maar als papa dan iets zegt, worden ze gelijk een beetje aardiger.

Op school praten we Engels en Arabisch door elkaar. Juf Lima praat altijd Engels en juf Rana praat Arabisch. Soms raak ik ervan in de war. De ene zegt dan 's morgens 'Hi Aron, how are you?' en de ander zegt 'Keefak ya habibi Aron?' Ik snap niet waarom ze niet gewoon in een taal praten. Met papa en mama praat ik in ieder geval gewoon Nederlands want dat is lekker makkelijk. Heel soms willen papa en mama iets zeggen dat ik niet mag horen en dan zeggen ze iets in het Engels tegen elkaar. Vroeger werkte dat, maar inmiddels begrijp ik ook het Engels. Maar dan zeg ik natuurlijk niet tegen ze.

Als mensen hier weggaan, zeggen ze 'ma salama' tegen elkaar. Dat betekent 'met vrede'. In het Nederlands zeg je het niet zo, maar het is wel heel mooi. En als iemand 'met vrede' tegen papa zegt, antwoordt hij altijd 'met duizend keer vrede'. Ik weet niet goed waarom hij zo veel vrede toewenst. Hij zou ook 'honderd keer vrede' kunnen zeggen, maar dat doet hij niet.

Alles bij elkaar is het best ingewikkeld met al die talen door elkaar heen. Het zou gemakkelijker zijn als we bijvoorbeeld allemaal Arabisch praten. Daar wordt iedereen beter van: mama omdat ze dan de mensen in het land goed begrijpt, papa omdat hij dan de mensen een beetje aardiger kan maken en ik omdat ik dan maar een taal hoe hoef te leren in plaats van drie. En ook voor mama's lerares omdat ze dan veel geld kan verdienen aan alle mensen die Arabisch willen leren. Maar ja, als ik dan een keer op bezoek ga bij opa en oma, kunnen ze mij niet verstaan. Dat zou natuurlijk verschrikkelijk zijn. Dus dan houden we toch maar zoals het nu is.

Ik hoop dat ik heel snel alle drie de talen goed kan spreken. Papa zegt dat dit voor kinderen heel gemakkelijk is. Ik vind dat hij er wat te luchtig over doet. Alsof ik het zomaar even uit m'n mouw schud. Het heeft hem jaren gekost. Maar misschien kan ik het straks wel beter dan hij. Dat zal nog wel even duren, maar ik blijf in ieder geval goed m'n best doen.

Met honderd keer vrede.


Thursday, September 24, 2015

Een verdrietig einde

Vandaag ben ik weer teruggekomen van de vakantie. Het was een leuke vakantie. Maar vandaag was ook een beetje verdrietig. Want onderweg naar huis heb ik allemaal dode schapen gezien.

Deze week zag ik overal al schapen staan. Langs de weg waren hekken neergezet en daartussen liepen heel veel schapen. Sommige waren bruin en andere zwart. Hun neuzen waren ook steeds een beetje anders. Eigenlijk stonken ze allemaal best wel, maar dat vond ik niet zo erg. Als ze me aankijken, moet ik altijd even lachen. Hun ogen staan een beetje dom en ook een beetje lief. Soms staat hun kop een beetje scheef en laten ze hun oren hangen. Dan zou ik er best eentje mee willen nemen naar huis. Maar dat kan natuurlijk niet.

Thuis heb ik een knuffelschaap. Dat heb ik gekregen van de burgemeester van Dordrecht toen ik geboren was. Papa en mama hebben mij geleerd dat een schaap 'beeh' zegt. Alleen de schapen die ik vandaag zag konden geen 'beeh' meer zeggen. Ze hingen met hun poten vastgebonden aan een paal. En grote mannen waren met een scherp mes hun vacht aan het lossnijden. Ze bewogen niet meer want ze waren doodgemaakt.

Het zag er heel zielig uit. En steeds als we verder reden zag ik weer andere schapen hangen. Het ergste was toen een jongen net voor onze auto de weg overstak. In zijn hand had hij een grote plastic zak en daarin zaten alle ingewanden van het schaap. Er zat een gat in de zak en daar blubberde een stuk van zijn buik uit. Ik heb heel snel naar iets anders gekeken, want ik kreeg er een vreselijk zere buik van.

Deze schapen werden geslacht omdat het offerfeest is hier in het land. De kinderen hoeven vandaag niet naar school en alle mensen gaan schaap eten. Nou ja, niet allemaal want ik doe er zeker niet aan mee. Want ik vind het veel te erg voor al die lieve schapen. Ik heb vandaag een boterham met jam op. En vanavond een vegetarische salade met yoghurt als toetje. Ik denk dat ik misschien wel nooit meer vlees ga eten.

Het was fijn om vanmiddag weer thuis te komen. Ik ging eerst even snel mijn kamer bekijken. Alles zag er goed uit. Mijn boekjes stonden er nog en de tent ook. Ik ging nog even met papa kijken of mijn vriend Abu Mona er was, maar we konden hem niet vinden. Papa zei dat hij misschien ook wel schaap aan het eten was. Maar dat geloof ik natuurlijk niet, want Abu Mona ziet er heel vriendelijk uit. Ik denk dat het een heel flauw grapje van papa was.

Ik heb daarna ook nog even met de lego gespeeld. Ik heb een grote dierentuin van Duplo. Er zijn leeuwen, olifanten, giraffen en ook een paar varkens. Als ik jarig ben, vraag ik misschien nog wel wat schapen erbij.

Toen ik aan het eind van de dag naar bed ging, heb ik mijn aap en mijn hond meegenomen. Zodat ik lekker met ze kan knuffelen. Dieren zijn heel lief. En ik vind dat iedereen die een arm schaap opeet een flinke straf moet krijgen.

Tuesday, September 22, 2015

Jeruzalem onder mijn voeten

Ik heb een weekje vakantie. Het is fijn om even rust te hebben van de drukke stad. Papa en mama zijn er ook bij. Een ook twee mevrouwen die op visite zijn. Ze kwamen met het vliegtuig en hebben veel lekkere dingen meegenomen. En ze hadden ook twee cadeautjes voor mij. Van oma kreeg ik een echte vrachtauto. En van opa een horloge. Papa en mama hebben ook een horloge. Het is handig om altijd te weten hoe laat het is.

Met z'n vijven gingen we op reis. De eerste dag moesten we heel lang rijden. Ik werd er een beetje moe van en daarom viel ik in slaap. Toen ik wakker werd, deed mijn buik best wel zeer. Ik was er een beetje verdrietig van, maar liet het niet merken, anders werd iedereen verdrietig. Maar het ging wel steeds meer zeer doen. Steeds als papa door een bocht reed werd het een beetje erger. En toen hield ik het echt niet meer. Mijn hele buik vloog naar mijn hoofd en alles kwam door mijn mond naar buiten. Mijn kleren waren helemaal nat en het droop ook op mijn autostoeltje. Papa is toen gestopt langs de kant van de weg. We waren net in een klein dorpje en er stonden allemaal mannen te kijken. Net alsof ze zelf nog nooit overgegeven hebben.  Ik kreeg van mama nieuwe kleren aan en papa boende met van die natte doekjes de auto schoon. Het rook nog wel een beetje zuur, maar we zijn toch maar verder gereden. Ik voelde me ineens veel beter en heb de rest van de dag bijgepraat met mama en de visite. Papa moest goed op de weg letten, dus ik heb hem maar niet gestoord.

We gingen op bezoek in een stadje dat heet Madaba. Daar is een belangrijke kerk. Papa heeft gezegd dat mensen van heel ver speciaal naar deze kerk komen. Dat komt omdat er een tekening ligt die is gemaakt van kleine steentjes. Op de tekening zie je een landkaart met daarop Jericho, Jeruzalem en de Jordaan. De tekening is al heel oud, nog veel ouder dan opa en oma. En hij ziet er toch nog mooi uit. Daarom wil iedereen die tekening bekijken. Het was heel goed dat papa en mama mij deze tekening wilden laten zien. Want nu weet ik dat je niet alleen met krijtjes maar ook met steentjes kunt tekenen.

Om de tekening stond weer eens zo'n vervelend rood touw. Dat betekent dat je er niet onderdoor mag. Ik ken dat wel van andere kerken. Daardoor kon ik de tekening niet goed zien, want ik ben nog niet zo groot. Maar ik had een slim plan bedacht. Het was vooral even wachten op het goede moment. Terwijl die ene mevrouw van de visite iets op haar telefoon deed en mama en papa met de andere mevrouw aan het praten waren, ben ik heel snel onder het touw door gegaan. En toen heb ik heerlijk over de oude tekening gelopen. Jericho en Jeruzalem lagen onder mijn voeten. En bij de Jordaan ben ik er snel weer afgesprongen. Toen papa en mama het zagen schrokken ze heel erg. Ik deed net of er niets aan de hand was. Maar het was mooi wel gelukt. En zo heel erg was het ook weer niet. Want mijn sandalen zijn best schoon en de tekening is niet kapot gegaan.

Daarna zijn we weer naar een andere plek gereden. Iedere nacht slapen we in een ander huis. Dat heet een hotel. Ik mag bij papa en mama op de kamer slapen. Ik heb een eigen bed dat meereist achter in de auto. Papa en mama moeten steeds op een bed van iemand anders slapen. Op een ingedeukt kussen en een matras waar misschien wel duizend andere mensen op hebben gelegen. Mijn bed is van mezelf. Het is blauw en aan de zijkant zit gaas waar je doorheen kunt kijken. Als ik 's morgens wakker word, kijk ik even of papa en mama nog slapen. Soms ga ik dan nog even verder slapen of met mijn hond spelen. Totdat ik het echt tijd vind om op te staan.

Als we wakker zijn, gaan we altijd naar een andere kamer om te eten. Iedere dag is er ander eten. Pas was er zelfs patat bij het ontbijt. Ik wil graag dat ik dat voortaan thuis ook krijg. Het is veel lekkerder dan melk met koekjes. Maar ik ben bang dat het niet gaat lukken, want papa en mama vinden patat eigenlijk niet goed. Maar papa zei tegen mama dat het deze keer wel goed was. 'Vooruit maar', zei hij, 'het is tenslotte vakantie.' Toch is het apart: volgens papa en mama zijn lekkere dingen ongezond en de dingen die ik vies vind, hebben dan zogezegd ineens heel veel vitamientjes.

Vandaag zijn we aangekomen in een nieuw hotel. Het is heel leuk hier, want er is ook een zwembad. Vanmiddag heb ik erin gezwommen. Het was een beetje koud, maar ik vond het niet zo erg. Toen we uit het water gingen, heb ik met papa gespeeld in de speeltuin. Het was een beetje een oude speeltuin. Het zag er heel anders uit dan op school. Er was ook een glijbaan, maar daar zat roest aan. Ik heb even op de schommel gezeten, maar ik vertelde papa al snel dat het genoeg was. Toen heb ik nog even zitten lezen op het balkon van onze kamer. Van de visite had ik een mooi boekje gekregen dat je kunt uitschuiven. Het gaat over Adam en Eva. Aan het einde van de dag was ik best moe. Straks ga ik slapen in mijn eigen blauwe bed. En als ik wakker word gaan we weer ontbijten. De meneer van het hotel zei dat vanaf half 8 het ontbijt klaar is. Op de horloge van opa kan ik zien wanneer het zo ver is. En heel misschien is er hier ook wel patat. Nu maar hopen dat papa en mama dan niet te moeilijk doen. Want het is tenslotte vakantie.

Sunday, September 13, 2015

De aardigste mensen van de wereld

Ik vind het heel leuk om in Jordanië te wonen, want hier wonen de aardigste mensen van de hele wereld. Iedere dag kom ik weer nieuwe mensen tegen die heel lief zijn. Naast ons huis is een winkelcentrum en bij de deur zit een mevrouw met een blauw pak aan. Die moet ervoor zorgen dat er alleen goede mensen naar binnen gaan. Deze mevrouw kent mij wel en gaat altijd lachen als ik binnenkom. Als ik met mama ben, vraagt ze waar papa is en andersom. Ik hoeft nooit door dat ijzeren poortje heen dat steeds piept, want ze kent mij en weet dat ik niet gevaarlijk ben.

Pas ging ik met papa en mama boodschappen doen in een ander winkelcentrum. We stonden in een lift die er heel lang over doet voordat hij boven is. In de lift stonden ook een andere papa en mama met vier kinderen. Het waren allemaal jongens en achter hun oor zat een apparaatje. Dat was omdat ze niet goed konden horen. Alleen de papa en mama hadden het niet. De jongens wilden mij allemaal een hand geven. En ze wilden ook mijn haar voelen. Ik denk dat het was omdat er gel in zat. Dat doet mama 's morgens altijd in mijn haar om stekels te maken. Toen we bovenaan kwamen zwaaiden de vier broertjes naar mij en ze lachten heel vriendelijk. Daarna gingen we eten. Een tijdje later stond ineens een van de broertjes bij onze tafel en gaf mij een ballon. Het was zo'n ballon die vanzelf omhoog gaat. Ik was er heel blij mee. Er stond 'happy birthday' op. Misschien had die jongen hem wel voor zijn verjaardag gekregen... maar hij gaf hem toch aan mij. Dat vond ik echt heel lief van hem. De ballon hangt nu in mijn slaapkamer aan het dak.

Gisteren ging ik met papa en mama een dagje weg. Het was best een eind rijden, maar ik had heel veel speelgoed meegenomen. Onderweg stond er ineens een politie-agent op de weg met een stopbord. Papa stopte en deed het raam open. De politie-agent zag er best aardig uit. 'Do you speak English?' zei hij tegen papa. Papa zei ja. Toen zei de agent: 'Do you speak Arabic?' En toen zei papa nee. De politie-agent knikte vriendelijk en zei 'Goodbye'. Kijk, daar word ik nou blij van! Niet van die boze bromberen, maar gewoon een vriendelijke agent die je gelijk weer laat doorrijden. Ik snap alleen niet waarom papa zei dat hij geen Arabisch spreekt.

Daarna reden we naar een kasteel. Het lag op een hoge berg. Omdat er deze week een zandstorm was geweest, kon je het niet zo goed zien. Onderaan de berg gingen we eerst koffie drinken. De mevrouw in het restaurant was heel aardig. Ze vroeg hoe ik heette en wat ik wilde drinken. En toen kwam ze een bord brengen met appels en ander fruit. En ze zei erbij dat het helemaal gratis was! Papa moest daarna wel een driedubbele prijs voor de koffie betalen, maar toch was het heel leuk dat ik zomaar gratis een appel van haar kreeg.

Later die dag hebben we het kasteel bezocht. Het heet het Ajloun Kasteel. Er waren veel trappen en ik moest hard klimmen. Daar werd ik soms een beetje moe van en dan ging papa of mama mij dragen. Ik heb al veel kastelen gezien in mijn leven, maar Ajloun Kasteel is misschien wel het mooiste. Later ging papa ergens broodjes en patatjes kopen en toen gingen we picknicken in een bos. We zaten onder de bomen langs een zandweg. Soms reed er een vrachtauto voorbij en de chauffeurs zwaaiden altijd even naar ons. Het was leuk om een dagje weg te zijn. Er zijn zoveel mooie dingen te zien hier in Jordanië. En er wonen zo veel aardige mensen. Ik hoop dat we hier nog heel lang blijven wonen.

Wednesday, September 9, 2015

Zeven uur is gewoon te vroeg

Zo een, maar dan eentje die niet blaft.
Ik heb een tijdje geen blog geschreven. Dat was omdat ik het te druk had. Papa zat in Genève voor zaken en dus voelde ik me als enige man in huis extra verantwoordelijk. Ik heb ervoor gezorgd dat het met mama goed ging. Ik heb goed mijn best gedaan. Al mijn eten opeten, niet zeuren voor het naar bed gaan en lief zijn op school, dat soort dingen zeg maar.

Toen papa weer thuiskwam, had hij een St. Bernard hond meegenomen. Zo een die in Zwitserland wordt gebruikt om mensen in nood te helpen. Hij blaft niet, maar verder is hij echt. Als ik niet kan slapen, mag deze hond bij mij in bed. Hij heeft heel lieve ogen en voelt lekker zacht.

Nu papa terug is, kan ik weer mezelf zijn. De laatste tijd vind ik dat 7 uur veel te vroeg is om naar bed te gaan. Het is voor mijn ontwikkeling beter als papa of mama nog een tijdje doorgaat met voorlezen. Pas heb ik een paar nieuwe boeken gekregen. Het ene gaat over een aap die zijn moeder kwijt is. Het tweede boek gaat over een giraf die eigenlijk niet kan dansen. Alle andere dieren lachen hem uit. En dan ontdekt hij ineens dat hij toch wel kan dansen. Deze boeken zijn heel leerzaam en daarom wil ik ze graag nog eens lezen. Maar dan moet ik ineens toch naar bed. Veel te vroeg voor mijn leeftijd.

Ik protesteer regelmatig tegen dit strenge regime. Maar helaas wordt de stem van kinderen nauwelijks gehoord. Papa en mama doen wat ze zelf willen. Als ik in bed lig, gebruik ik het eerste half uur om duidelijk te maken dat dit niet eerlijk is. Ik roep dan steeds: 'slapen klaar'. Dat betekent dat ik helemaal niet wil slapen. Soms komt papa of mama even kijken, maar helaas mag ik dan niet uit bed. Integendeel, ze vertellen me heel streng dat ik moet gaan slapen. Soms gooi ik uit pure frustratie mijn speen een eind weg. Maar dat lost ook niets op.

Al met al is het geen makkelijk bestaan. Niemand begrijpt waarom zeven uur gewoon te vroeg is voor mij. Gelukkig is er dan de hond uit Zwitserland. Tegen hem kan ik alles vertellen. En al praat hij niet terug, toch begrijpt hij me. Ook mijn aap blijft altijd geduldig luisteren. Meestal val ik na een half uur toch in slaap. De volgende morgen ben het dan meestal weer vergeten en begin ik opgewekt aan een nieuwe dag.